Principe 9 - Praktijkrelevantie

4. Praktijk relevantie.jpg

“Als partners binnen het POS werken we samen aan vernieuwing en schoolontwikkeling. Een gezamenlijke aandacht voor onderzoek vormt daarvoor de basis.”

Caroline Wijsman - Coördinator Academische Opleidingsschool POS

Het waarom
Eén van de ambities van het POS is het realiseren van een krachtige verbinding tussen de praktijk en de theorie. Studenten worden namelijk zowel in de context van de (academische) opleidingsschool als het opleidingsinstituut opgeleid. Om hier als partnerschap succesvol in te kunnen zijn, is voortdurende afstemming op o.a. inhoud, visie, begeleiding, beoordeling en samenwerking van belang. Ook is gezamenlijke verantwoordelijkheid van betrokken partners een essentiële voorwaarde. Vanuit het perspectief van ‘Samen onderzoeken’ en ‘Samen verder professionaliseren’ wordt met praktijkrelevantie een duidelijke link en transfer gemaakt naar de dagelijkse lespraktijken en de primaire processen in de school. Om een positieve invloed op schoolontwikkeling en o.a. onderbouwd handelen bij leerkrachten te ontwikkelen kan worden geïnvesteerd in de ontwikkeling van een onderzoekscultuur in scholen. Dit kan door het creëren van een klimaat met gunstige condities voor de dialoog- en feedbackfuncties.

Het hoe
Binnen het POS zien we dat er wordt gestreefd naar een afstemming van het leren op het opleidingsinstituut en het leren in de praktijk. Bij stagebegeleiding zijn de kwaliteit van de mentor en (diens samenwerking met) de basisschoolcoach (BSC) belangrijke succesfactoren. Door intensieve samenwerking tussen de BSC, de studieloopbaanbegeleider (SLB), mentoren en studenten wordt zowel geïnvesteerd in de kwaliteit van studentbegeleiding als de professionaliteit van de begeleiders (samen professionaliseren). De praktijkopdrachten van de studenten sluiten aan bij de werkcontext en de studiefase waarin studenten zich bevinden.

Door studenten en begeleidende/ beoordelende partners te betrekken bij reflectieve dialogen rond de kwaliteit van zowel de opleiding als de opleidingsschool wordt de huidige situatie en praktische relevantie getoetst en onderwerp van gesprek. Te denken valt aan de aanwezigheid van studenten bij de analyses van de ontwikkelscans, tevredenheidspeilingen en evaluatiegesprekken. Ook wordt praktijkgericht onderzoek (PGO) uitgevoerd dat het onderzoeksmatig gedrag bij studenten, leerkrachten en betrokkenen bevordert. PGO dient tevens als hefboom tot onderwijsverbetering en de ontwikkeling van een onderzoekscultuur die zich (in)direct richt op de dagelijkse lespraktijk en primaire processen. Doorontwikkeling van het professioneel handelen van leerkrachten krijgt overigens tijdens de inductiefase nog een begeleid vervolg. Daarna is professionalisering uiteraard opgenomen in het nascholingsbeleid op bestuurs- en schoolniveau.

Good practices, instrumenten en werkwijzen


Dialoogvragen

Om het principe ‘praktijkrelevantie’ binnen de IKO op ontwikkelingsgerichte wijze in te zetten kan gebruik worden gemaakt van onderstaande dialoogvragen:

  • Hoe worden huidige praktijkervaringen op (academische) opleidingsscholen ingebed in (bovenschoolse) overlegstructuren?
  • Hoe lukt het om aan de hand van inzichten uit de scans en PDCA van de scholen uitspraken te doen over de praktijkrelevantie van samenwerking tussen instituut en werkveld, begeleiding, beoordeling, etc.?
  • Hoe worden momenteel de samenwerkingsrelaties tussen POS partners benut om tot een zorgvuldige afstemming te komen tussen wat de praktijk vraagt en in huidige situatie mogelijk is?
  • Welke kansen kunnen hier nog worden benut?
  • Hoe wordt met betrekking tot de praktijkrelevantie op gestuurd op een evenredige verdeling van aandacht over de domeinen Samen opleiden, Samen onderzoeken en Samen verder professionaliseren?